De laatste avond van het baantoernooi liet het Patinodrome Jacques Fronton op zijn grondvesten schudden. Een schitterende zomeravond, uitzinnige fans aan de boarding, razendsnelle mannen en vrouwen in de baan. Het waren de ingrediënten voor een skeeleravond uit het boekje. De grote apotheose was de Franse zegetocht bij de mannen. Zij lieten voor de zoveelste keer deze week zien waarom ze maanden op de parabolische piste getraind hebben: om in eigen huis te kunnen schitteren op het EK.

Daarachter waren de broers Schipper en Rémon Kwant in de laatste ronde hard bezig om Nederland in kansrijke positie te brengen. Het lukte wonderwel, al waren er wat flitsende manoeuvres voor nodig. Rick mocht het eindschot lossen in de laatste ronde, maar werd tegengewerkt door zijn evenknie van de Portugese equipe. In de laatste rechte lijn kwam een snelle Spanjaard als een duveltje uit een doosje om de derde en laatste podiumplek te grijpen.

Foto: Hanneke Mennens

Zo eindigde Nederland bij de mannen op een toch verdienstelijke vierde plek. “Dit is waarom ik zo van dit spelletje hou”, glunderde Rick Schipper terwijl de Marseillaise op de achtergrond voor de zoveelste keer over het sportpark galmde. Lianne van Loon stond even verderop van haar bordje met rijst te peuzelen. Zij behaalde met Berber Vonk en Fleur Veen eveneens de vierde plek, maar kwam een teenlengte tekort voor brons. Eerder op de dag overkwam haar dat ook al op de 1000 meter. Voor de rijdster uit Gouda overheerste daarom de frustratie.

Het aflossingsvuurtje werd eerder op de avond ontstoken door drie jonge mannen die met een uitstekend uitgevoerde race tot brons kwamen. Kai-Arne Ottenhof, Junior de Blois en Sem Spruit namen de complimenten in ontvangst terwijl ze nog eens naar het eremetaal om hun nek keken. “Ik denk dat we heel weinig fouten gemaakt hebben”, aldus De Blois, die tot de bewuste finale een ongelukkig toernooi reed. “We bleven allemaal rustig, probeerden elkaar steeds goed te vinden, de focus lag op de uitvoering van de race.”

Foto: Hanneke Mennens

Een onmiskenbare sleutel in de race waren de aflossingen van Spruit. “Tachtig kilo hè, massa is kassa”, lacht hij. Spruit lanceerde lichtgewicht Ottenhof telkens met een rotgang de baan in en dat leverde telkens weer een of meerdere posities op. “Ik zat te wachten tot Frankrijk, Duitsland en Spanje het met elkaar aan de stok zouden krijgen”, vult De Bois aan. “Ze klapten elke ronde weer op elkaar en verloren snelheid. Zo konden wij steeds aansluiten en opschuiven.”

Spruit vervolgt: “Kai-Arne maakte het vervolgens goed af. Ik kan hard duwen, maar je hebt er niks aan als hij niet in de positie komt om direct door te stappen.” Om er vervolgens koeltjes aan toe te voegen: “Dit is één van mijn mooiere podiums tot nu toe.”

Bondscoach Valentina Berga-Belloni kijkt trots toe als de jongens hun medailles én een bak fruit (aardbeien en een cantaloupe) in ontvangst nemen. “Ze hebben een heel goede aflossing gereden en de tactiek perfect toegepast”, zegt ze. “We wisten dat de kracht bij Sem zou liggen, hij maakte het verschil. Ik ben heel blij dat ze het laten zien op het moment dat het telt.”