De enige individuele Nederlandse zege van de dag kwam op naam van Irene Schouten, die na de domper op de 3 kilometer in Beijing veroordeeld was tot het voorprogramma. Ze stapte in China van het ijs en stond anderhalve week niet op schaatsen door een fietskamp op Tenerife. “Je komt hier toch met twijfel, dat heeft iedereen”, vertelde Schouten bij de NOS. Ze wilde toch een doel hebben en dat was het verbeteren van haar eigen baanrecord (6.52,89). “In de A-groep kon ik niet winnen, dan maar iets anders. Het hele toernooi kwam niemand in de buurt van de baanrecords, ik had mijn twijfels of het mogelijk was: tijdens de training reed ik goede rondjes, ik besloot daarom op gevoel weg te gaan. En dat gevoel bracht me het baanrecord.” 

Schouten noteerde 6.50,64 en bij die tijd kwam geen van de vrouwen in de buurt, ook niet in de A-groep. “Dat mag je niet vergelijken”, reageerde Schouten. “Ik reed op een ander tijdstip, op ander ijs, de luchtdruk is anders. Bovendien hebben we het voordeel dat er veel meer rijwind was.” Toch kon Schouten tevreden zijn, met minder druk haalde het maximale resultaat. “Ik rij het liefst tegen de allerbeste rijdsters, dat kon ik dit weekend op de 5 kilometer niet doen.” Wel reed ze twee seconden onder haar eigen record in Stavanger en volgend weekend in Polen start ze 'gewoon' weer in de A-groep.

De tijd van Schouten bleef als snelste tijd van de dag staan toen de vrouwen in het hoofdprogramma ook hun 5 kilometer afgewerkt hadden. Martina Sablikova pakte het goud met 6.59,60 voor een solide presterende Marijke Groenewoud (7.03,27). Thuisfavoriet Ragne Wiklund kon ook op de langste afstand geen potten breken, ze eindigde als derde. Sanne in ‘t Hof werd zesde met 7.10,35. 

Op de 1500 meter moest Kjeld Nuis zijn meerdere erkennen in Jordan Stolz. De Amerikaan reed net als Schouten zijn eigen baanrecord uit de boeken: 1.44.67. Nuis zat na 1100 meter nog onder de tijd van zijn rivaal, daarna leverde hij fors in. Met 1.45,34 was de tweede plek zijn deel. Gezien de omstandigheden niet slecht, oordeelde Nuis. “Ik voelde me niet top vandaag”, zei hij bij de NOS. “Vanmorgen was mijn stem weg, gisteren ook al. Na de 1000 meter van vrijdag ben ik slecht opgestaan. Ik wilde er niet aan denken, de race ging beter dan het inrijden vanochtend. Niet slecht dus, maar de tank was iets sneller leeg dan vorige week.”

Foto: Soenar Chamid

Dat Stolz de routinier terechtwees op de schaatsmijl, was volgens Nuis alleen maar goed. “Dat houdt me scherp.” De broodnodige scherpte ontbreekt vooralsnog bij Thomas Krol, die met 1.46,79 niet verder kwam dan de negende tijd. Patrick Roest (1.45,78) eindigde na het fiasco op de 10 kilometer dicht tegen de podiumplekken aan, maar kon niet onder de tijd van Kazuya Yamada (1.45,74) komen. 

Op de 500 meter ging de overwinning naar Min-Sum Kim. Zij was een fractie sneller dan Erin Jackson terwijl Femke Kok op de tweede plek bleef steken. De Friezin van Reggeborgh toonde beterschap nadat ze in Beijing getroffen werd door een virus. “Tevreden dat dit nu genoeg was voor de derde tijd”, vertelde Kok, die sprak van een rommelige race. 

Naomi Verkerk is stiekem bezig met een aardige wereldbekercampagne. Na de achtste plek in Beijing eindigde ze in Stavanger een plekje hoger: zevende met 38,47. Ze bleef daarmee Marrit Fledderus (negende) voor, maar ook Jutta Leerdam (twaalfde) en Dione Voskamp (zestiende).