De eindstrijd op de 1000 meter op het Daikin NK Inline? Dat was een finale vol krachtpatsers en snelheidsmaniakken, maar het ogenschijnlijke gemak waarmee de broers Schipper het spel dicteerden, dwong respect af. Het duo - dat in de kleine skate-scene dikwijls als lastig en brutaal wordt afgeschilderd - was leep, rap en ijzersterk, en maakte er zo een familieshow van op de skatebaan van Heerde. Het EK lonkt, zou je zeggen.

Met deze trui hoor je op het EK thuis, lijkt me.
Kay Schipper: “Ik wil graag het Nederlands team vertegenwoordigen op een groot internationaal toernooi.”

Maar met deze titel hoor je toch op het EK thuis?
“Ja, ik vind van wel.”

Foto: Neeke Smit

Het was een knap geregisseerd spel met je broer Rick. Hij knapte het vuile werk op met zijn kopwerk in de openingsronden, jij moest het karwei afmaken. Zo zag het eruit.
“De pracht van het 1000 meter is dat hij snel is en onvoorspelbaar is. Je kunt ’m tot in de puntjes doorspreken, maar je moet ook flexibel blijven en kunnen reageren op de omstandigheden. Rick greep bij de start de koppositie waar Rémon Kwant die liet liggen. Ik keek de situatie eerst aan, waarbij Teun de Wit (winnaar van het brons, red.) degene was die ik geschikt vond om in de gaten te houden.”
“Het was ons plan om de finale op tijd hard te maken, zodat de anderen ons moeilijk zouden kunnen verrassen. Dat lukte perfect. We zijn van onze eigen kracht uitgegaan, met winnen als belangrijkste opdracht. Geweldig dat het een een-tweetje is geworden, ook nog op een afstand die niet makkelijk valt te controleren van start tot finish.”

Ben je verbaasd over de titel?
“Nee, het gaat wel goed dit jaar. In het voorseizoen presteerde ik prima in de Europacups. Deze titel is echter het belangrijkst.”

Gaat de winst gepaard met een lange neus naar de concurrentie, of de hele wereld?
“We doen een hoop voor de sport, soms zijn we te veel voor een ander bezig, maar wij zijn competitief gedreven. We rijden geen wedstrijden voor de breedte mee, het is ons twee om het hoogste segment te doen. Winnen. Ik kan andere mensen die arrogant zijn waarderen, al is dat soms niet goed. Arrogantie is wel het rauwe randje van de sport dat je moet hebben om te kunnen winnen.”