Hij gooit tijdens het toernooi voor de senioren-mannen op Brabants ijs bij lange na niet de hoogste ogen in de ranking, maar dat stond al in de sterren geschreven voor de wedstrijd. “Dit is net een soort wereldkampioenschap, met een ontzettend hoog niveau. Ik ken m’n plaats. Voor vandaag ben ik tevreden met mijn score (69.91, elfde stek, red.). Zaterdag wordt een belangrijkere dag, dan is de laatste kans om me te plaatsen voor het wereldkampioenschap in Saitama (Japan, red.). Ik moet in mijn vrije programma een technische score halen van 64 punten. Vorige week bleef ik in Tallinn steken op een punt, mede door twee sprongen waar een kleine fout in zat. Dit seizoen zijn mijn lange küren steeds beter dan de korte, dus ik denk dat het te doen is.”

Foto: Pietures

Er ligt weinig druk op die missie, laat Virtanen doorschemeren. De reden: de voor zijn doen prachtige klassering die hij vorige maand heeft behaald tijdens het Europees Kampioenschap in de Metro Areena van Espoo. “Veertiende, mijn beste uitslag ooit. Het was mijn hoofddoel, de laatste kans om me als de nummer 1 van Finland te presenteren voor eigen publiek. Best kans dat ik de komende jaren ook nog aan een EK zal meedoen, maar het is zeker dat ik dat niet zal beleven in Finland. Het was geweldig, want mijn beide küren verliepen foutloos. Ik groeide in mijn ritten, de fans leefden mee en zweepten me op naar een nog hoger niveau. Echt onvergetelijk, de beste ervaring van mijn carrière, wetend dat ik niet meer de jongste rijder ben.”

“Je wordt doorgaans wat minder als atleet naarmate je leeftijd toeneemt. In mijn geval kennelijk niet: heel interessant om te ervaren wat er met mij, mijn lichaam en het schaatsen gebeurt. Een paar jaar geleden heb ik de viervoudige sprongen uit mijn programma gehaald. Toch heeft dat sindsdien geen nadelig effect op de scores. Ik denk dat ik iets heb wat andere, jongere rijders niet hebben. De volwassenheid en de kunst om de muziek beter te begrijpen helpen om de artistieke kant sterker te maken.”

Virtanen omarmt zijn sport niet; hij raakt er als het ware mee verstrengeld. “Gaat het goed, dan win je aan zelfvertrouwen. Ik geniet er momenteel echt van.” Hij tenniste, voetbalde en deed aan karate. Zoals veel landgenoten stond hij lang op langlaufski’s. “Ik bleef helaas te klein om veel klaar te spelen tegen mijn leeftijdsgenoten die langer doorgroeiden dan ik. Sporten is heerlijk. Het maakt me zelfverzekerder, en houdt mijn lichaam fit. Ook voor mijn werk als arts vind ik het belangrijk conditioneel in orde te zijn. Zet me nu tegen honderd veel jongere kunstrijders op het ijs, en ik ben ervan overtuigd dat er niet veel beter zullen presteren dan ik.”