“Je kunt maar van de nul af zijn”, stelde Bart Hoolwerf tevreden vast na afloop. Hij klopte Harm Visser met een klein verschil na een machtige eindsprint. Twee van de beste sprinters die ons land rijk is waren zoals altijd aan elkaar gewaagd. Op de streep was Hoolwerf iets rapper en tekende zo als titelverdediger in de mass start competitie voor zijn eerste overwinning.

En een overwinning op Visser smaakt toch iets beter, nietwaar? “Mwah", zei Hoolwerf. "Ik kijk niet heel erg naar Harm, maar ben vooral met mezelf bezig. Ik heb geen controle over wat hij doet. Hij is een goede sprinter, een gevaarlijke jongen. Als ik met iemand naar de streep rijd die heel goed kan aankomen, moet ik er nog net een stapje voor zitten En dat is vandaag gelukt.”

Bij aanvang van de mass start competitie werd de nieuwe teamplay-regel voor het eerst toegepast. De grote ploegen (zoals Jumbo-Visma, Team Reggeborgh) moeten tweetallen opgeven die in de race geen hulp mogen ontvangen van andere duo's uit dezelfde formatie. In de praktijk moest blijken of die regel niet met voeten zou worden getreden, maar dat was volgens Hoolwerf geen probleem. Hij vormde een tandem met Casper de Gier, terwijl Evert Hoolwerf gekoppeld was aan Crispijn Ariëns.

“Casper moest de wedstrijd in zijn eentje controleren zodat ik kon proberen te winnen”, vervolgde Hoolwerf. “Met Crispijn heb je een van de sterkste rijders om op kop te rijden, maar hem mochten we niet gebruiken. Wij hebben wel de afspraak, en ik neem aan dat Jumbo dat ook doet, dat we onze eigen ploegmaten niet in de weg rijden. Maar we helpen ze ook niet.”

Hoolwerf kwam afgelopen donderdag terug van een trainingskamp in Spanje. Met de snelheid zit het al behoorlijk goed, maar helemaal tevreden was en is Hoolwerf nog niet. “Het is nog niet optimaal”, voegde hij toe. “Een beetje vermoeid, het was even wennen na tien dagen zonder ijs. Maar ik zit op de goede weg en we blijven bouwen richting de belangrijke momenten van dit seizoen.”