“Van de spanning kon ik de nacht voor de tocht amper slapen, misschien heb ik twee uur liggen tukken. We begonnen ‘s ochtends met een temperatuur van negen graden onder nul, het ijs was echt goed geprepareerd. Natuurlijk zaten er slechte plekken in, de eerste twee of drie ronden heb ik wat valpartijen gezien. Ik was al van plan om alles alleen te schaatsen, maar toen wist ik dat helemaal zeker. Er zaten wel mensen achter me, maar wanneer iemand voor me reed voelde dat niet comfortabel: Wegwezen hier, dacht ik dan. Ik moest het ijs zelf zien.