Die overwinning, in een tijd van 37,28 seconden en ten koste van directe tegenstandster Jutta Leerdam (37,70) en nog achttien andere sprintende vrouwen, was leuk, fijn, een prettige bevestiging van haar kunnen. De wetenschap dat Kok er naar eigen zeggen een rommeltje van maakte in die 500 meter, maar desondanks sneller schaatste dan op het NK Afstanden (waar ze op een avond tot 37,33 en 37,32 kwam), werd een belangrijkere aantekening in het logboek van haar ritten. Saillant detail was dat ze deze winter niet eerder zo rap had geopend (10,40). “Weet je, het is ook mooi om Europees kampioene te worden. Daar ben ik heel trots op. Het grootste doel blijft echter het WK", aldus de Friezin die vrijdagavond al naar het Wilhelmus stond te luisteren na de teamsprint voor de vrouwen.

Tijdens dat mondiale afstandstoernooi in Calgary moet ze toekijken op de 1000 meter, als reserve, een ongewilde rol die te wijten is aan haar schuiver vorige week op het NK Afstanden die leidde tot een pijnlijke heup en rug. Het besluit van de Selectiecommissie haar geen aanwijsplek te geven, leidde tot een paar vervelende dagen. “Het is vooral jammer dat ik geen kans heb me te bewijzen. Ik vond het een harde tik, ook omdat ik van de KNSB geen uitleg heb gehoord. Ja, mijn coaches zijn wel geïnformeerd. Verder heb ik er niets van vernomen. Ik heb het naast me neergelegd en ben me gaan focussen op deze wedstrijd, en met succes. Daar haal ik positieve energie uit. Die neem ik mee naar de 1000 meters van de World Cups in Salt Lake City en Québec.”