Isabel Grevelt kwam vorig jaar op als een komeet. De 21-jarige rijdster verraste zichzelf met plaatsing voor de wereldbekers en schaatste naar brons tijdens de World Cup in Heerenveen. Ook ontdekte ze de keerzijde van haar enorme groei, alle nieuwe indrukken werden haar rond nieuwjaar even te veel. Ze herpakte zich, besloot ondanks aanbiedingen van commerciële topteams haar ploeg Gewest Fryslân trouw te blijven en investeerde in haar materiaal. Desondanks was plaatsing geen abc’tje. “Anderhalve week voor het WCKT werd ik ziek en schoot het in mijn rug. Dat leverde stress op en ik kon niet laten zien wat ik in me had. Op dat moment heel jammer, maar ik ben nog jong en soms komen er tegenslagen op je pad.”

Haar generatiegenoot Joep Wennemars had meer tijd nodig om de teleurstelling van eind oktober te verwerken. “Ik was fit, er klaar voor en goed genoeg om me te plaatsen. Drie keer heb ik ernaast gepist. Foutjes hebben mij de kop gekost.” Vooral het missen van de top-5 op zijn geliefde 1000 meter was een tegenvaller. Vlak voor het WCKT had Wennemars op die afstand zijn concurrenten verslagen in een trainingswedstrijd door een nieuw persoonlijk record te rijden. “Ik voelde mij de gedoodverfde favoriet en daar leek ik geen moeite mee te hebben, alleen liep de race niet zo lekker. De ochtend erna heb ik contact gezocht met de mensen om mij heen en die hebben mij enorm gesteund. Naast mijn teleurstelling was ik ook gemotiveerd. Het liefst was ik die zondagavond alweer gaan trainen. Met Jac heb ik een heel goed plan gemaakt voor de acht weken die restten tot aan het NK. Ik heb een sterk blok kunnen draaien met de achterblijvers van ons team”, vertelt Wennemars.

Foto: Soenar Chamid

Eén van die andere achterblijvers was Dai Dai N’tab. Hoewel hij sinds 2017 zich jaarlijks plaatste voor de World Cups, was het missen dit jaar ingecalculeerd. “Na de Olympische Spelen ben ik op rancune door blijven trainen. Ik heb niet naar mijn lichaam geluisterd en er niet goed voor gezorgd. Ondanks de pijntjes bleef ik doorgaan. Na mijn vakantie kreeg ik er echt last van. De hele zomer heb ik geworsteld met die rugklachten, ook omdat ik niet zo goed wist hoe ik mijn programma moest draaien. Je moet toch wel twee keer in de week met halters in je nek staan. De krachttraining die ik acht jaar gedaan had, moest ik aanpassen. Daarnaast kreeg ik een reactie na het schaatsen, terwijl ik elke dag op het ijs wilde staan.”

“Als je een kwalificatie rijd, wil je je altijd plaatsen, maar achteraf gezien was het een geluk bij een ongeluk dat ik me niet plaatste en de hele wereld over moest vliegen met pijnstillers in mijn kontzak. Dan had ik waarschijnlijk het probleem nooit opgelost.” N’tab prikkelde zijn lijf met nieuwe krachttrainingen en volgde ondertussen de verrichtingen van zijn concurrenten met gemengde gevoelens. “Van tevoren had ik gedacht dat ik het vreselijk zou vinden, maar ik had een heel duidelijk doel: mijn rug weer aan de praat krijgen. Ik wilde sterker uit deze periode komen. Tijdens de World Cup in Stavanger waren de tijden niet denderend, terwijl ik zelf grote stappen gemaakt had. Toen heb ik met pijn en moeite naar die wedstrijden gekeken. Anderzijds, voor het eerst in jaren was ik een lange periode thuis in de winter, dat was voor mijn vriendin ook weleens fijn.”

Foto: Soenar Chamid

De drie schaatsers gebruikten de periode zonder internationale wedstrijden om te trainen, te trainen en nog meer te trainen. Terwijl hun concurrenten veel reisden, te maken hadden met jetlags en ziektes, waren Grevelt, Wennemars en N’tab voornamelijk op Nederlandse bodem te vinden. Grevelt koos ervoor om met haar vriend Rem de Hair nog een weekje naar Spanje te gaan, de mannen van Jumbo-Visma reisden met hun ploeg af naar Collalbo. Daarnaast reden ze enkele trainingswedstrijden in Thialf om het goede gevoel weer te krijgen.

Voor de schaatsster van Gewest Fryslân waren de afgelopen maanden een ontdekkingstocht. “Vorig jaar was het heel anders, ging ik van World Cup naar World Cup. Dit seizoen is het aanvoelen wat goed is. Ik ben een stukje bewuster geworden en ben bezig geweest met de vraag: Wat maakt dat ik op een bepaald moment goed schaats? Ik moet zoeken naar wat bij mij past als sporter, omdat ik nog niet zo lang op het hoogste niveau meedoe. Soms loop ik tegen dingen aan die niet werken, en wanneer iets wel aanslaat, ben ik daar blij.” Grevelts doel op het NK? “Een goede rit neerzetten op de 500 en 1000 meter. Rustig blijven, ik heb niets te verliezen. Al dacht ik dat bij het WCKT wel. Sommigen mensen zeiden: ‘Als je slecht rijdt, haal je het toch wel’. Maar zo werkt het niet. Ik hoef mijn ogen niet voor die druk te sluiten, want zo zit de wereld in elkaar. Het was heel leerzaam en eventjes wennen.”

Foto: Neeke Smit

N’tab kijkt met vertrouwen naar het NK, waar hij de eerste 34’er van het seizoen wil rijden. “Ik voel me niet anders dan normaal, ben niet minder zenuwachtig en de temporondjes gaan goed. Ik heb zin om te racen en te zien waar het schip strandt.” Wennemars had vorige week een verkoudheidje, maar is inmiddels ook klaar om te starten, blijkt uit het persoonlijk record dat hij vrijdagmiddag reed op de 500 meter (35,05). “Sommigen zien deze driedaagse te veel als een kwalificatietoernooi. Ik benader dit toernooi als een NK, waar titels te winnen zijn. Als je hier de snelste tijd rijdt, ben je Nederlands kampioen en plaats je je ook nog eens. Dat is beter dan alleen maar te denken: WK, WK, WK. Maar eerst een goede rit neerzetten.”

Wil je deze sprinters live in actie zien? Er zijn nog enkele tickets voor het Daikin NK Afstanden te koop via schaatsen.nl/tickets