De Haasjes rijden voor het eerst in Italië, een land met passie voor skeeleren en waar de verschillende onderdelen in verschillende plaatsen worden gereden. Samen zijn ze op dit WK als enige twee Nederlandse mannen geselecteerd voor Team NL, zoals ze komende winter ook samen in dezelfde ploeg rijden: Bouwselect De Haan-Westerhoff. “Dat wordt een nieuwe ervaring”, zegt Ronald, met 27 jaar de oudste van de twee. “Alhoewel we vroeger natuurlijk veel samen hebben geskeelerd: reden we rondjes op de straat, stoepje op, stoepje af. We deden wedstrijdjes, waarbij de één Joey Mantia was en de ander Bart Swings.”

Christian vult aan: “Dat waren onze idolen. Mantia was meer van de generatie van mijn broer, ik was dan vaak Swings. Nu niet meer hoor. Swings is nu een concurrent, al ben ik stiekem nog steeds fan. Die man staat al zo lang aan de top.” Woensdagavond bewees het idool van Christian nog maar eens zijn klasse door in een zinderend spannende puntenkoers zijn landgenoot Jason Suttels te verslaan. De twee Belgen hadden na tien kilometer allebei 20 punten, maar doordat Swings eerder over de finish kwam, won hij het goud.

Door het samen opgroeien en wedstrijdjes rijden, raakten de broers Haasjes nog meer op elkaar ingespeeld. “Persoonlijk zijn we best verschillend, maar op skeelers voelen we elkaar aan”, zegt Ronald, die het soms tot zijn taak rekent om zijn jongere broer Christian (22) bij te sturen. “Zonder de wijze jongen uit te hangen hoor, want Christian heeft afgelopen winter meer gepresteerd dan ik, maar soms doet ie maar wat en moet ik hem een beetje temmen. Ik weet niet precies welke wedstrijd het was, maar hij ging in een marathon tekeer als een dolle stier door in een kopgroep te gaan zitten met Jordy Harink en te denken dat ie wat over had. Toen ze werden teruggepakt heb ik later in de koers gezegd dat hij nog één keer wat mag doen en dat die poging goed moet zijn. Uiteindelijk won hij daarna de sprint.”

Christian Haasjes
'De dolle stier', maar wel een heel rappe op het ijs en op het asfalt. | Foto: Discover the Games/Walter Tempelman

Christian beaamt het: “Ik ben soms een flapdrol in sommige dingen. Dan denk ik niet goed na. Misschien is het de jeugdigheid, misschien zit het gewoon in mijn karakter dat ik nonchalant over dingen denk. Dan is het best fijn dat je iemand boven je hebt met vijf jaar meer levenservaring, die kan zeggen: ‘Doe nou maar eens rustig aan, jongen’.”

Op het WK hebben de twee inmiddels de puntenkoers en de afvalkoers op de weg achter de rug. Op het Piazza Guiseppe Garibaldi in Sulmona, op 50 kilometer van Montesilvano, lieten ze in de donkere avonduren af en toe hun gezicht zien, maar reden ze niet in de prijzen. Zaterdag staat de marathon op het programma: 42 kilometer en 195 meter langs de Adriatische kust tussen Pescara en Montesilvano. Een bijzondere wedstrijd, omdat de race onderdeel is van de World Skate Marathon Tour en er ook commerciële ploegen mee mogen doen. “Geen idee hoe ze dat met het volkslied gaan doen als er iemand wint die voor een commerciële ploeg rijdt”, zegt Christian. “Het zal er gek uitzien en ik vind het ook niet zo leuk”, aldus Ronald. “Een Italiaan kan nu zomaar voor een Belg gaan rijden, omdat ze bij elkaar in de ploeg zitten. Maar we laten ons verrassen en als één van ons wint, zijn we wel wereldkampioen. Dan maakt het niet uit hoe die wedstrijd was georganiseerd.”

Om op het wereldkampioenschap aan de start te verschijnen, moest er even worden overlegd met de ploeg. Het schaatsseizoen begint immers al snel. “We hebben aan het begin van het seizoen aangegeven het EK in Oostende te willen rijden. Dat mocht en ging ook goed. Daardoor mochten we naar dit WK. De ploeg snapt gelukkig dat dit een mooie ervaring voor ons”, aldus debutant Ronald. “Het is mijn eerste WK, dus ik vind het echt fijn dat ik erbij ben. Bovendien leren we er allemaal van.”

Ronald Haasjes
De debutant Ronald Haasjes leert veel van het WK. | Foto: Discover the Games/Walter Tempelman

Het is een geste die niet altijd gewoon is in schaatsland Nederland. Menig ploeg ziet liever niet dat hun rijders zich mengen in het skeelergeweld, waar de kans op blessures door valpartijen altijd aanwezig is. Skeeleren wordt vooral als zomertraining beschouwd. “Persoonlijk vind ik dat jammer”, zegt Ronald. “We hebben echt goede skeeleraars in Nederland, maar die gaan allemaal naar de langebaan of de marathon op ijs. Skeeleren komt pas op plaats drie of vier.”

De broers hebben overigens wel begrip dat het zo werkt. Christian: “Uiteindelijk zitten we bij een schaatsploeg en worden we betaald om te schaatsen. Dus is het ook wel logisch. Beschouw ons maar als schaatsers die van het skeeleren genieten en dat stiekem leuker vinden…”